Met het nieuwe cultuurseizoen voor de deur kropen Theater aan Zee, KAAP, kleinVerhaal, Mu.ZEE, mu-zee-um en De Grote Post samen in hun pen voor een open brief aan hun stadsgenoten.
Oostende is de cultuurstad aan zee. Dankzij moedige politieke keuzes hebben kleinVerhaal en De Grote Post de culturele vloot ondertussen vervoegd en samen met Theater aan Zee, KAAP, Mu.ZEE en mu-zee-um een uniek en rijk cultuurlandschap uitgebouwd. Een kans om ons te meten aan centrumsteden als Brugge, Gent en Antwerpen. Een mooie verdienste, maar eentje die balanceert op een fragiel evenwicht.

Onze culturele groeispurt is in binnen- en buitenland niet onopgemerkt gebleven. Het publiek kan genieten van een divers menu het hele jaar door. Niet alles op de kaart is voor iedereen, maar er is voor ieder wat wils. Van een intieme lezing op de zeedijk tot een bruisend familiepark op TAZ. Van jazzy jamsession tot een nieuwe Ensor & Spilliaert museumvleugel. En ook aan artiestenzijde staan we op de radar. Het cultuurlandschap is vruchtbare grond voor kunstenaars. De Bruno Vanden Broecke, Wim Helsen en Luc Tuymans van morgen wordt vandaag in Oostende gemaakt.
Zorgt de volgende legislatuur
voor een anker in plaats van
reddingsboeien?
Toch stopt het werk niet aan de bühne. Achter de schermen strekken de tentakels van iedere cultuurorganisatie zich uit op de meest uiteenlopende gebieden. Intensieve contacten met leerkrachten brachten afgelopen seizoen 9000 kinderen naar De Grote Post, In de scholen worden daarnaast langdurige projecten op poten gezet. Mu-zee-um ontvangt dankzij hun inclusieve educatieve werking jaarlijks 30.000 deelnemers op hun exclusieve activiteiten. Maar ook met welzijn- en armoede-organisaties ontstaan verschillende cross-overs met kunst en cultuur. Projecten op het kruispunt van cultuur en welzijn gaan vereenzaming tegen, wakkeren engagement aan en activeren stadsgenoten om actief deel te nemen aan de maatschappij.
Het visitekaartje van dat engagement is onze – steeds toenemende – groep van 600 vrijwilligers. Doorheen de jaren zijn we onmisbaar voor elkaar geworden. Wij kunnen niet bestaan zonder hun onvermoeibare inzet en onuitputtelijke inspiratie. Zij vinden bij ons een ambitie, bestemming, nuttig tijdverdrijf of zelfs de liefde.
Terwijl de sociale en romantische impact van cultuur zich moeilijk laat vangen in cijfers, is de economische opbrengst ervan wel te berekenen in centen. In weinig sectoren is het rendement van een investering zo hoog als in cultuur. Voor iedere euro subsidie laten de cultuurorganisaties € 2,5 omzet terugvloeien naar de stad in de vorm van tewerkstelling en handel.
Daarnaast is de permanente cultuurkalender jaarlijks verantwoordelijk voor honderden artiesten en hun 350 000 bezoekers die ook buiten het toeristisch seizoen op zoek gaan naar eet-, drink- en shopplezier. Verenigd zijn de zes professionele cultuurorganisaties jaarlijks goed voor 3000 activiteiten. Dé toeristische garantie dat er in Oostende altijd iets te beleven valt en dé trigger voor een heropleving van lokale ondernemers die niet langer wakker liggen van een Oostendse winterslaap.

De cultuurorganisaties zijn uitgegroeid tot knooppunten van waaruit ontmoetingen tussen jongeren, senioren, creatievelingen, levensgenieters, ondernemers, bedrijven, verenigingen, hobbyclubs, bekende gezichten, toeristen, anciens en nieuwkomers gesponnen worden tot niet evidente netwerken. Kunnen we erkennen dat openbare ruimtes als deze, waar zoveel verschillende achtergronden samen komen, uniek zijn? Laat ons deze dan koesteren.
Zorgt de volgende legislatuur voor een anker in plaats van reddingsboeien?